‘Research moet een no-brainer worden’

De Research-tak is er niet alleen voor de methode zelf, maar juist ook voor organisaties die met de TMA Methode werken. “We hebben dankzij de Talentenanalyse een bak aan data, die ons in staat stelt om bijvoorbeeld de unieke talenten van een organisatie en het (talent)potentieel van de medewerkers te onderzoeken. Ofwel: wat heeft de organisatie in huis? Door middel van de vragenlijsten kunnen we bijvoorbeeld de mate van betrokkenheid, de behoefte aan samenwerken of de vitaliteit van medewerkers onderzoeken.”

Maar ook specifieker, vervolgt Lotte. “Welke talenten heeft een goede docent of een goede salesmedewerker? Die kennis kan een organisatie helpen bij het selectieproces.”

Lotte houdt zich vooral bezig met de onderzoeksvragen die binnenkomen vanuit de klanten of partners. Manon is haar manager en volgens Lotte de enige binnen het team die heel doelgericht is. “Zij ziet onze stip op de horizon. Ze is daarnaast zorgzaam, ze houdt van gezelligheid en ze kijkt goed naar wat Tamara en ik nodig hebben. Ze is ook niet op haar mondje gevallen: Manon heeft altijd een antwoord.”

Tamara noemt ze iemand die ‘doet wat ze wil’. “Maar dan op de positieve manier. Als ze een idee heeft, gaat ze dat uitwerken. Ze is superslim en creatief, maar ook kritisch: ze neemt niet zomaar iets aan.” En Lotte zelf? “Ik ben wat meer groepsgericht: een teamspeler die zich kan aanpassen, waardoor ik goed kan samenwerken. Mijn steunbehoefte is hoger dan die van Manon en Tamara; ik houd van afstemmen. En ik ben accuraat. Bij al die onderzoeken is het handig dat ik van nature nauwkeurig te werk ga.”

Drie verschillende types dus. Waar vinden ze elkaar? “Vanuit onze empathie kunnen we goed samenwerken. We zijn echt geïnteresseerd in hoe het met de ander gaat. Wat onze samenwerking oplevert, is kwaliteit. We hebben alle drie onze eigen manier van denken en scherpen elkaar daardoor aan.” 

Lotte is niet alleen op werk een teamspeler, maar ook privé. Zo beoefende ze eerst korfbal, een teamsport, en zwemt ze nu elke week met een vriendin. “Ik raak eerder gemotiveerd van iets met elkaar oppakken dan alleen.” Dat doet ze samen met vrienden of met Tom, bijna een jaar haar echtgenoot. 

Ook Tom ontkomt niet aan TMA. “Hij heeft inderdaad een Talentenanalyse gedaan”, zegt Lotte met een glimlach. “We scoren allebei hoog op orde en structuur. Dat is op zich wel fijn; we doen alles goed doordacht. Hij is wel wat doelgerichter dan ik. Ik leef makkelijker in het hier en nu.”

Dat iedereen anders is, wist ze voordat ze bij TMA kwam werken al. Toch vindt ze het, sinds ze er werkt, makkelijker om woorden te geven aan hoe ze zelf is en wat bij haar past. “Het is heel leuk om zo bezig te zijn met je talenten en die van een ander. Ik ben geen gemiddelde TMA-er. Ik geef mensen makkelijker de ruimte, ben plichtsgetrouwer en accurater dan de meesten. Dan kun je denken: ik ben heel anders. Je kunt het ook zien als: ik heb iets toe te voegen.”

Ze noemt TMA ‘een soort speeltuin’. “Als je een idee hebt en iets wil oppakken, kan het. Je krijgt veel vrijheid. Bij TMA kan ik nog meer ontdekken wat mijn talenten zijn en krijg ik ook de mogelijkheden om ze in te zetten. Het is echt een positieve, open-minded werkomgeving met gezellige collega’s.”

Zelf wil Lotte zich nog meer ontwikkelen op het gebied van communicatie. “Het is mooi dat je dat hier gewoon kunt aangeven”, zegt ze. “Dat je kunt uitspreken waar je nog meer gelukkig van wordt en je daar dan ook iets mee mag doen.” 

Eerst is er nog werk aan de winkel bij R&D. “We willen uiteindelijk dat organisaties standaard kiezen voor onderzoek als ze aan de slag gaan met talentmanagement, omdat kennis zo veel meer inzicht geeft. Research moet een no-brainer worden.”

CV: 
Lotte Eichler-Wessels (30)
Studeerde Psychologie
Werkte eerder als onderzoeksassistent en veldwerkcoördinator bij een GGZ-instelling